Communicatieve functies
Bewust of onbewust, communiceren of het uitzenden van signalen heeft altijd een
bepaalde functie. Het COCP-programma onderscheidt zestien communicatieve functies, van
eenvoudig tot zeer complex. Welke functies een kind of volwassene beheerst en gebruikt,
hangt af van zijn of haar ontwikkelingsniveau.
- Aandacht voor de partner
- Uiting geven aan stemming of gevoelens
- Opmerken dat een activiteit onderbroken wordt
- Beurtnemen
- Accepteren van een aangeboden voorwerp
- Protesteren of afwijzen van een aangeboden voorwerp
- Kiezen
- Groeten en dagzeggen
- Vragen om hulp
- Vragen om een voorwerp of activiteit
- Vragen om aandacht voor zichzelf
- Antwoord geven op ja/nee-vragen
- Informatie geven over iemand of iets
- Vragen om informatie
- Formuleren van gevoelens, gedachten, meningen
- Plagen, grapjes maken, doen alsof